De Grauburgunder is de Duitse naam voor Pinot Gris en is een van de fijnste wijnen van Duitsland.
Geschiedenis
De vruchten van dit ras hebben van nature flink wat suiker en relatief weinig zuren. Daarom worden de druiven voornamelijk in koelere streken geteeld. In Italië heet deze wijn Pinot Grigio. Grauburgunder (Pinot Gris / Grigio) kwam vanuit de Bourgogne terecht in Zwitserland en Hongarije, en van daaruit vermoedelijk in de 14e eeuw ook in Duitsland. De Duitse Grauburgunder wordt ook wel vaak Ruländer genoemd, vanwege de koopman Johann Ruland, die in 1711 in een tuin in het stadje Speyer (Pfalz) een hem onbekende Burgunderdruif vond en die vermeerderde. De hoge kwaliteit van de Grauburgunder (Grauer Burgunder) wijnen overtuigde wijnboeren al in de 19e eeuw. Vooral de Duitse Grauburgunder staat bekend om zijn kwaliteit, frisheid en aromatische, bloemige geur.
Grauburgunder is behalve in Centraal Europa ook elders in de wereld te vinden. In negen van de dertien Duitse wijngebieden behoort de Grauburgunder tot de Classicdruiven.
In de wijngaard
De groei van de druiven verloopt niet altijd zonder problemen. De Grauburgunder heeft compacte trossen en is daardoor kwetsbaar voor rotting. Hij gedijt bijzonder goed op löss-terrassen, maar ook op kalkbodems en stenig terrein. Leembodems zijn minder geschikt. Opbrengstbeperking en uitdunning zijn goed mogelijk en worden dan ook veelvuldig toegepast.
Van druif naar wijn
Grauburgunder (Grauer Burgunder) wordt zowel op staal, in grote houten vaten, als op barrique opgevoed. Soms wordt malolactische (melkzuur) gisting toegepast om zuren iets te verminderen. Grauburgunder is in de regel droog, met medium body en met frisse zuren. Al naar gelang de vinificatie en de kwaliteit is de kleur bleek- of goudgeel. Typerende aroma’s zijn die van noten, amandelen, boter en fruit als peer, zuidvruchten, rozijnen, ananas en citrusvruchten. Daarnaast kunnen ook plantaardige tonen optreden van groene bonen of paprika. De Pinot Gris uit Italië is vaak wat lichter met een mineralig karakter.
In het glas
Een jonge, lichte droge tot halfdroge Grauburgunder is goed geschikt als zomerwijn. Droge Kabinett en Spätlesen gaan mooi samen met zeebanket, smaakrijke zeevis, pasta, lam, patrijs, fazant, eend en wild. Barriquewijnen vragen om intens smakend lam, vederwild of ree. Fruitig zoete Spätlesen of edelzoete Auslesen passen bijzonder goed bij vette schimmelkazen en desserts met honig, amandelen of marsepein.